- PERSBERICHT
Jaarrekening van de ECB over 2020
18 februari 2021
- De winst van de ECB bedroeg € 1,6 miljard (2019: € 2,4 miljard) en wordt geheel aan de nationale centrale banken uitgekeerd
- Nettorentebaten uit voor monetairbeleidsdoeleinden aangehouden effecten: € 1,3 miljard (2019: € 1,4 miljard)
- Balanstotaal van de ECB groeide naar € 569 miljard (2019: € 457 miljard)
Volgens de gecontroleerde jaarrekening van de Europese Centrale Bank (ECB) over 2020 is de jaarwinst uitgekomen op € 1.643 miljoen (2019: € 2.366 miljoen). De daling van € 722 miljoen ten opzichte van het voorgaande jaar viel vooral toe te schrijven aan lagere nettorentebaten uit de externe reserves en uit voor monetairbeleidsdoeleinden aangehouden effecten. Bij besluit van de Raad van Bestuur is er daarnaast € 48 miljoen toegevoegd aan de voorziening voor financiële risico's van de ECB. De winst van de ECB is hierdoor met datzelfde bedrag gedaald.
De nettorentebaten bedroegen in 2020 in totaal € 2.017 miljoen (2019: € 2.686 miljoen). De nettorentebaten uit de externe reserves daalden tot € 474 miljoen (2019: € 1.052 miljoen) door lagere rentebaten uit de Amerikaansedollarportefeuille. De nettorentebaten uit voor monetairbeleidsdoeleinden aangehouden effecten daalden naar € 1.337 miljoen (2019: € 1.447 miljoen), hoofdzakelijk als gevolg van de lagere nettobaten uit het programma voor de effectenmarkten (securities markets programme – SMP) als gevolg van aflossingen.
De gerealiseerde winsten uit financiële transacties stegen naar € 342 miljoen (2019: € 197 miljoen). De stijging hing voornamelijk samen met hogere koerswinsten op verkopen van in Amerikaanse dollars luidende effecten. De marktwaarde van deze effecten profiteerde in 2020 van de dalende rente op USD-obligaties.
De afwaarderingen bedroegen in totaal € 26 miljoen (2019: € 20 miljoen), vooral als gevolg van negatieve ongerealiseerde koersresultaten op effecten in de Amerikaansedollarportefeuille en negatieve ongerealiseerde valutakoersresultaten van de CNY-portefeuille.
De ECB toetst of de effecten in haar monetairbeleidsportefeuilles een bijzondere waardevermindering hebben ondergaan; deze effecten worden gewaardeerd op geamortiseerde kostprijs (onder aftrek van bijzondere waardeverminderingen). De uitkomsten van de toetsingen gaven geen aanleiding tot opname van bijzondere waardeverminderingen met betrekking tot deze portefeuilles.
De totale personeelskosten namen toe tot € 646 miljoen (2019: € 566 miljoen), als gevolg van de stijging van het gemiddeld aantal medewerkers in 2020, voornamelijk in het bankentoezicht, en hogere kosten voor vergoedingen na uitdiensttreding als resultaat van de actuariële waardering eind 2020. De overige beheerkosten daalden tot € 553 miljoen (2019: € 590 miljoen), hoofdzakelijk als gevolg van lagere uitgaven voor externe adviesdiensten en zakenreizen.
De baten uit toezichtsvergoedingen, die in rekening worden gebracht ter dekking van de kosten die de ECB voor de uitvoering van haar toezichtstaken maakt, bedroegen € 535 miljoen (2019: € 537 miljoen). Die lichte daling van 2020 hangt samen met de lagere beheerkosten in verband met de toezichtstaken, die de hogere personeelskosten (als gevolg van het hogere gemiddelde aantal medewerkers van het bankentoezicht) meer dan compenseerden.
De winst van de ECB wordt onder de nationale centrale banken (NCB’s) van het eurogebied verdeeld. De Raad van Bestuur besloot op 29 januari 2021 tot een tussentijdse winstverdeling van € 1.260 miljoen onder de NCB’s van het eurogebied. Tijdens de gisteren gehouden vergadering van de Raad van Bestuur is besloten het restant van de winst, een bedrag van € 383 miljoen, op 19 februari 2021 uit te keren.
Het balanstotaal van de ECB steeg met € 112 miljard naar € 569 miljard (2019: € 457 miljard). De toename kwam vooral voor rekening van de effecten die in het kader van het aankoopprogramma naar aanleiding van de pandemie (pandemic emergency purchase programme – PEPP) en het programma voor de aankoop van activa (asset purchase programme – APP) zijn aangekocht.
Eind 2020 bedroeg de omvang van de geconsolideerde balans van het Eurosysteem, die de activa en verplichtingen van de NCB’s van het eurogebied en de ECB ten opzichte van derden omvat, € 6.979 miljard (2019: € 4.671 miljard). De groei ten opzichte van het voorgaande jaar hield met name verband met de toename van de herfinancieringstransacties van het Eurosysteem in het kader van de derde reeks gerichte langerlopende herfinancieringstransacties (TLTRO III) en de effecten die krachtens het PEPP en het APP zijn aangekocht.
De door het Eurosysteem voor monetairbeleidsdoeleinden aangehouden effecten daalden met € 1.063 miljard naar € 3.695 miljard (2019: € 2.632 miljard). De APP-effecten stegen met € 330 miljard naar € 2.909 miljard en de PEPP-aankopen bedroegen € 754 miljard.
De media kunnen met hun vragen terecht bij William Lelieveldt, tel. +496913447316.
Toelichting:
- De gepresenteerde cijfers kunnen door afronding verschillen van de som van de individuele getallen.
- Meer informatie over de door de ECB en het Eurosysteem gehanteerde grondslagen voor de financiële verslaggeving, alsook over de jaarstukken van de ECB, is te vinden in Besluit (EU) 2016/2247 van de ECB van 3 november 2016 betreffende de jaarrekening van de Europese Centrale Bank (ECB/2016/35) (PB L 347 van 20.12.2016, blz. 1), in Richtsnoer (EU) 2016/2249 van de ECB van 3 november 2016 betreffende het juridische kader ten behoeve van de financiële administratie en verslaglegging in het Europees Stelsel van centrale banken (ECB/2016/34) (PB L 347 van 20.12.2016, blz. 37) en op de website van de ECB.
- De uitsplitsing naar land van emittent van de door het Eurosysteem op grond van het SMP aangehouden effecten wordt gepubliceerd op de website van de ECB onder de programma’s voor de aankoop van activa (in het Engels).
Europese Centrale Bank
Directoraat-generaal Communicatie
- Sonnemannstrasse 20
- 60314 Frankfurt am Main, Duitsland
- +49 69 1344 7455
- media@ecb.europa.eu
Reproductie is alleen toegestaan met bronvermelding.
Contactpersonen voor de media